Als verpleegkundige denk ik dat ik echt van toegevoegde waarde kan zijn op het leven van een ander. Ik kan mensen helpen met de dingen waar ze tegenaan lopen in hun ziekte. Samen met hen op zoek gaan naar een oplossing. Of gewoon een luisterend oor bieden. Ik weet al heel lang dat ik dit werk wil doen. En ook dat ik dit werk op een kinderoncologie afdeling wil doen. Ik wil kinderen en hun ouders helpen hun leven beter te maken wanneer zij kampen met deze levensbedreigende ziekte.
Heftig maar waardevol
De dingen die je als verpleegkundige meemaakt op zo’n afdeling kunnen emotioneel zwaar zijn. Ik kan me zo’n situatie nog goed herinneren. Ik liep stage op de MDL (maag-darm-lever) afdeling. Een man op deze afdeling had de diagnose leverkanker te horen gekregen. Hij zou nog maar twee maanden te leven hebben. Zijn vrouw en twee jonge kinderen zouden alleen achterblijven. Nadat de arts en verpleegkundigen weg waren ben ik wat langer bij hem gebleven. Als stagiaire was ik boventallig dus die tijd en ruimte was er gelukkig. We hebben toen samen zitten praten en gesproken over hoe zij zich voelde, zijn angst over wat er zou gebeuren, over hoe zijn gezin achter zou blijven zonder hem, en hoe hij het hen zou moeten vertellen. We hebben daar samen naar gekeken en dat waardeerde hij enorm. Dat ik de tijd nam om er ook te zijn voor hem, voor de dingen die buiten de ziekte zelf vallen. Thuis heb ik hier nog wel erg over moeten huilen. Deze man was ongeveer even oud als mijn vader en daarmee kwam het dus erg dichtbij. Maar ik haal hier ook weer motivatie en bevestiging uit om op dit pad door te gaan. Dit is wel waar ik het voor wil doen.
De kleine dingen
Naast deze heftige dingen zijn het ook de kleine momentjes van waardering die me trots maken dat ik in de zorg werk. In het verpleeghuis waar ik nu werk via StudentCare zijn zorgverleners hard nodig voor de dagelijkse verzorging en medicijnen van de bewoners. De afgelopen maanden is de verbinding met de bewoners nog belangrijker geweest dan voorheen. Familie en vrienden konden niet of nauwelijks langskomen. Dan wordt het extra gewaardeerd als je tijd voor de mensen maakt. Het is een erg mooi compliment als iemand je hand vastpakt en je bedankt omdat je er voor hen bent.
Tijd voor de mensen
De laatste maanden met de dreiging van corona is de situatie wel vaak hectisch. Dat vraagt veel van ons in de zorg. Maatregelen kunnen vaak veranderen: het ene moment mogen dingen weer wel en het andere moment mogen ze weer niet. Het zou fijner zijn als er één lijn gehouden wordt. Dat er één plan is dat een tijdje geldt. Op die manier weten familie en bewoners ook beter waar ze aan toe zijn. En kunnen we onszelf ook een beetje tijd gunnen. We rennen nu zo hard op en neer dat er dingen misgaan. Er is weinig tijd voor de persoon achter de patiënt. We grijpen snel naar medicijnen en nemen te weinig tijd om even door te vragen wat er onder de klacht zit. Het frustreert me dat er gaat zoveel tijd in overleg en overdracht gaat zitten. Vaak weten we wel wat we moeten doen. De globale aanpak bij de verschillende ziektebeelden is vaak wel duidelijk En als dat goed in het dossier staat hoeven de overdrachten niet zo lang te zijn. Zo is er meer tijd om met de patiënten door te brengen. Als er onverwachte dingen gebeuren merk ik weer hoe fijn het is dat er vrijwilligers bij zijn. Zij kunnen dan met de mensen hier een gesprekje voeren en een kopje koffie drinken. Zo blijft er aandacht voor de mensen zelf.
Verbinden
Ik vind het belangrijk te onthouden dat er achter elke patiënt een mens zit. Het helpt om daar aandacht voor te hebben. Als verpleegkundige moet je er voldoende voor de ander kunnen zijn. En dat vraagt wel wat van je. Dat je echt voor iemand anders wil zorgen en het beste voor de ander wilt. Dat je ook met tegenslagen om kunt gaan. Dat je jezelf kwetsbaar moet durven opstellen, dat als iemand een nare situatie heeft meegemaakt dat je dat ook kunt beamen. Ik denk dat het echt nodig is een band met patiënten op te bouwen. We zijn allemaal mens.